Generieke actie, overmatig CGI-geweld en gemiste kansen: Hoe The Killer’s Gameteleurstelt
Sommige films klinken op papier veelbelovend, maar weten dat op het grote scherm helaas niet waar te maken. The Killer’s Game is zo’n film. Ondanks de hoofdrol van Dave Bautista en een interessant concept, blijft de film steken in clichés en oppervlakkige actie. Het resultaat is een generieke actiekomedie die meer leunt op slecht uitgevoerde CGI dan op een sterk verhaal.
Intrigerend concept, maar matige uitvoering
In The Killer’s Game speelt Dave Bautista Joe Flood, een huurmoordenaar die te horen krijgt dat hij nog maar zes maanden te leven heeft. Om zijn geliefde financieel veilig te stellen, zet hij een moordopdracht op zichzelf uit. Kort daarna ontdekt hij dat er een medische fout is gemaakt en dat hij helemaal niet stervende is. Helaas kan hij de moordopdracht niet intrekken, wat leidt tot een levensbedreigende klopjacht door zijn voormalige collega’s.
Het plot klinkt als een frisse invalshoek voor een actiethriller, maar de film weet dit niet goed uit te werken. Het verhaal verliest zich al snel in voorspelbare wendingen en standaardactie, zonder ooit echt verrassend of meeslepend te worden. Elke stap van het verhaal is van mijlenver te zien aankomen, waardoor de spanning snel verdampt.
Dave Bautista blijft onder zijn kunnen
Dave Bautista heeft zich de afgelopen jaren bewezen als een veelzijdige acteur, vooral met zijn werk in Guardians of the Galaxy en Blade Runner 2049. Helaas weet hij in The Killer’s Game niet de impact te maken die we van hem gewend zijn. Zijn rol als Joe Flood voelt vlak en zonder emotionele diepgang. Hoewel hij in eerdere films heeft laten zien dat hij complexe personages tot leven kan brengen, blijft Joe vooral een stereotype huurmoordenaar zonder veel karakterontwikkeling.
De chemie tussen Bautista en Sofia Boutella, die Joe’s liefde interesse speelt, is een van de weinige lichtpuntjes in de film. Hun romantische momenten voelen oprecht en voegen een vleugje menselijkheid toe aan het verder oppervlakkige verhaal. Toch zijn deze scènes te zeldzaam om de film te redden.
Een overvolle cast zonder memorabele personages
The Killer’s Game introduceert een aantal huurmoordenaars die achter Joe aanzitten, elk met hun eigen unieke entree. Maar in plaats van intrigerende of memorabele personages, voelen deze huurmoordenaars allemaal inwisselbaar. Terry Crews heeft een paar grappige momenten, maar speelt in wezen dezelfde rol die hij in andere actiefilms al vaker heeft gespeeld.
Pom Klementieff, die bekendstaat om haar actieskills, krijgt nauwelijks de kans om haar talenten te tonen. Elk personage lijkt slechts kort in beeld te komen voordat het opzij wordt geschoven, wat hun introductie zinloos maakt en bijdraagt aan het gevoel van oppervlakkigheid.
Overdaad aan CGI en slappe actiescènes
Een goede actiefilm leeft van goed uitgevoerde vechtscènes en geloofwaardige stunts. Helaas laat The Killer’s Game op dit vlak steken vallen. Veel van de actiescènes zijn zo overdreven gechoreografeerd dat ze aan impact verliezen. Het voelt alsof elke stuntman op de achtergrond staat te wachten op zijn beurt om geraakt te worden, waardoor de gevechten ongeloofwaardig worden.
Het meest storende is echter het overmatig gebruik van CGI, vooral bij de bloedige effecten. Waar practical effects de actie intenser hadden kunnen maken, voelt de CGI-bloed in deze film aan als goedkope jam die over het scherm spat. Het haalt je uit de actie en maakt de scènes minder meeslepend.
Conclusie: The Killer’s Game stelt teleur
Als je op zoek bent naar een hersenloze avond vol actie, kan The Killer’s Game misschien nog voor wat vertier zorgen. Maar voor iedereen die hoopt op een sterke, gelaagde actiefilm, zal dit een teleurstelling zijn. De film heeft een interessant uitgangspunt en een getalenteerde cast, maar door slechte uitvoering en overmatig gebruik van CGI-geweld blijft het geheel hangen in de middelmaat.